23 SPARTA ROTTERDAM JEUGDOPLEIDING • 2O23-2O24 weleens rond bij de onderbouw, want de puurheid en de blijdschap zijn mooi om te zien. Ik krijg er ook veel energie van. Maar werken bij de bovenbouw van een BVO is van een heel ander niveau dan de onderbouw en je kan dus dieper op de stof ingaan. Ik heb niet echt een voorkeur, maar als trainer wilde ik altijd bij de bovenbouw aan de slag gaan. Toch neemt dat niet weg dat ik de onderbouw geweldig vind.’’ HOGE INTENSITEIT EN SPARTA-DNA Bij Hesselink is een van de belangrijkste dingen de intensiteit van het team: ‘’Ik ben een veeleisende trainer als het aankomt op intensiteit. Ik vind dat je je iedere training en wedstrijd 100 procent moet geven. Het SpartaDNA sluit daar ook volledig bij aan en dat begint al in de onderbouw. Ik heb alle stappen door mogen lopen en heb kunnen zien hoe de jongens zich ontwikkelen. Ik zie hoe ze met een Spartaanse mentaliteit het veld op gaan.’’ De visie van Hesselink speelt daarin ook een grote rol. Hij ziet graag aanvallend voetbal en stimuleert spelers ook risico te nemen op het veld. Zo mag een centrale verdediger best een keer meedoen aan de aanval en ook gerust een keer een fout maken. Met lef voetballen is belangrijk voor de trainer. Daar sluit het Sparta-DNA ook perfect op aan volgens de trainer: ‘’Er moet gewoon een team staan dat voor elkaar vecht. Niet elf individuen, maar samen fouten oplossen en als een vechtmachine te werk gaan.’’ Hesselink merkt dat deze mentaliteit ook erg leeft binnen de opleiding. Spelers die al van jongs af aan in de jeugdopleiding spelen, zijn daarom erg overtuigd van deze mentaliteit en in de O17 merkt de trainer, dat ze door het vuur gaan voor elkaar. Het belangrijkste voor de trainer is dan ook het beter maken van elkaar als spelers. De trainer is pas echt tevreden met zijn team, als ze met elkaar aan de slag gaan en elkaar durven aan te spreken: ‘’Ik heb de spelers met elkaar een aantal regels laten opstellen, die ook te waarborgen zijn met zijn allen. Zo beleven we elke training op de volle 100% en geven we dus altijd alles. Twee voorbeelden van die regels: ‘alles geven moet, fouten maken mag’ en ‘we praten met elkaar, niet over elkaar’. Als je dit waarmaakt, maak je stappen als team en blijf je in ontwikkeling.’’ ONTWIKKELING EN AMBITIE Dit jaar staat er bij de O17 een belangrijk doel op de planning. De ploeg wil graag promoveren uit de vijfde divisie. Toch staat het resultaat op de zaterdag niet centraal bij Hesselink: ‘’De jongens weten wel dat de resultaten belangrijk zijn. Zij willen ook graag promoveren. Maar persoonlijk vind ik het spel en de ontwikkeling van de spelers belangrijker. Zien, dat ze bezig zijn met hun ontwikkelingsplan en de doelen die ze voor zichzelf hebben gesteld, is belangrijker voor mij dan het resultaat. Vroeger was ik zo fanatiek dat ik na een verliespartij nog chagrijnig kon zijn. Maar daar heb ik toen ik bij Sparta begon veel gesprekken over gehad en nu kan ik een verlies meer relativeren.’’ Hesselink was eerder trainer van de onderbouw.
RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=